“Muziek helpt ons om betere mensen te worden”

01-10-2020

Welke klanken zullen mijn kinderen zich herinneren als ze groot zijn? Die vraag zette Alicja Gescinska (39) aan het denken. Het leidde tot Thuis in muziek (2018), een boek waarin de Pools-Belgische schrijfster/filosofe een pleidooi houdt om muziek een veel belangrijkere rol te geven in ons leven. In gesprek met Hans-Maarten Post filosofeert ze over of muziek mens en maatschappij beter kan maken.

 

In de hoek van de woonkamer staat een piano. Maar wat we niet vinden, is een muziekinstallatie. En dat voor een filosofe die een boek heeft geschreven over het belang van muziek in ieders leven. “Dat klopt”, zegt Alicia Gescinska glimlachend. “Er hangen ook nog geen gordijnen. We wonen hier nog maar pas. We hadden dit huis, maar ik wilde niet verhuizen tot ik het laatste punt had gezet in mijn nieuwe boek. Toen dat manuscript in juli naar de uitgeverij was vertrokken, heb ik gezegd: nu kunnen we de verhuisdozen beginnen te vullen.”

 

Alicja Gescinska, het is de vrouw die u kunt kennen van het fraaie Wanderlust op Canvas, een reeks waarvoor ze op wandel ging met bijzondere geesten van alle slag, van muzikant Youssou N'Dour over filosoof Roger Scruton tot schrijfster Connie Palmen. Of u las misschien haar eerste roman Een soort van liefde, waarvoor ze in 2017 de Debuutprijs kreeg. Uit Polen komt ze, waar haar ouders vertrokken toen ze zeven was. Het gezin verbleef een tijdje in een Brussels asielcentrum, tot het in het Oost-Vlaamse Lede een nieuwe thuis vond. Haar vader overleed tien jaar geleden, haar moeder vond inmiddels een nieuw liefde, die in Polen woont. Terwijl Alicja met ons praat, kruipt een van haar drie kinderen in huis rond. Even later gaat de vader de andere twee van school halen. Het is bij diezelfde kinderen dat het verhaal van Thuis in muziek begint.

 

“Kinderen maken dat je veel opnieuw in vraag stelt. Kijk naar voeding. Je eet van alles en nog wat zonder je daar vragen bij te stellen. Tot je kinderen hebt. Dan begin je als ouder plots ingrediëntenlijsten af te speuren en vraag je je af: wat geef ik mijn kinderen nu eigenlijk te eten? De verantwoordelijkheid maakt je bewuster. Hetzelfde met muziek. Doordat ik weet hoe belangrijk klanken en muziek zijn voor de ontwikkeling van ons brein en onze ervaring van de wereld, ben ik mij vragen gaan stellen over mijn kinderen. Welke klanken zullen zij zich later herinneren? Zelf heb ik bijvoorbeeld een scherpe herinnering aan het geluid dat de stervende hond van mijn grootmoeder maakte. We hebben drie jaar in Amerika gewoond en daar waren cicaden die een vreemd geluid maakten. Mijn kinderen vroegen altijd waar dat vandaan kwam. Daardoor vroeg ik me af: welke klanken brengen hen later terug naar hun ouderlijk huis? Die cicaden? Of zullen ze, als ze Chopin horen, denken: dat is de muziek die mama altijd speelde! Welke klanken verankeren zich in hun brein? Juist omdat het bepaalt hoe je je ontwikkelt als mens en wat je muziekvoorkeur zal zijn. Waar laat ik hen naar luisteren?”

 

Van je kinderen naar de kern van de zaak. In je boek zoek je een antwoord op de vraag of muziek mens en aatschappij beter maakt.

“Als filosoof ben ik geïnteresseerd in de mens en muziek is een deel van ons. Waar je ook gaat in de wereld, of naar welk tijdvak je ook kijkt: de mens maakt muziek. Maar waarom? En wat doet muziek met ons, wij die morele wezens zijn? Daar hebben tal van filosofen al bij stilgestaan. En een aantal van hen heeft muziek vooral argwanend bekeken.”

 

“Muziek roept emoties op en daar kijken filosofen sceptisch naar, want wij moeten toch vooral rationele wezens zijn. Reden waarom een Grieks filosoof als Plato sommige muziekgenres wilde verbieden en iemand als de Duitse filosoof Adorno negatief stond tegenover jazz omdat hij vond dat het de mens corrumpeerde. Anderen waren dan weer geïntrigeerd door het vraagstuk hoe het kan dat slechte mensen toch muziekliefhebbers kunnen zijn. Waarom konden nazi's overdag de ergste dingen doen en 's avonds naar de opera gaan? Hoe kan het dat iemand met een groot muzikaal talent toch een monster kan zijn? Ik zie het zo: muziek doet ons op vele manieren groeien. Want muziek is een product van andere mensen. En door op te gaan in muziek, treed je in dialoog met die ander. Je vraagt je bijvoorbeeld af: wanneer werd dat stuk gecomponeerd? Of: waar gaat dit lied over? Wat probeert die zanger of die viool mij te vertellen? En dat je openstellen naar andere mensen is van essentieel belang om te kunnen groeien als mens. Muziek ontwikkelt onze empathische vermogens. Door muziek leer je de ander beter kennen, en ook jezelf.”

 

“Natuurlijk: het is niet alleen via muziek dat je die vaardigheden ontwikkelt. Muziek is geen noodzakelijkheid om een goed mens te zijn. Maar het helpt wel. En daarom pleit ik ervoor om het weer de plaats te geven die het verdient in ons leven. Een centrale plaats. En het niet langer te zien als een bijzaak, als iets dat het leven gewoon een beetje verfraait.”

 

Muziek vergroot onze empathie, zo schrijf je, en daardoor worden we rijker en beter als mens.

“Ja, omdat je dan die openheid naar de ander hebt. Iemand die niet empathisch in het leven staat, zal zich niet het lijden of het leven van een ander aantrekken. En als je je dat niet aantrekt, ga je ook nooit een ander de hand reiken. En een wereld waarin niemand zijn hand uitsteekt naar de ander, waarin iedereen alleen naar zichzelf kijkt, dat is toch een wereld waarin je niet wilt leven? Want samenleven is altijd: elkaar ergens proberen te vinden, elkaar proberen te begrijpen. Empathie is een essentieel onderdeel van een goede menselijke relatie, en daardoor ook van een samenleving. En muziek vergroot die empathie.”

 

Mag ik overdrijven, ter verduidelijking? Zouden we van Donald Trump en Assad betere mensen kunnen maken, mochten we hen meer naar muziek kunnen laten luisteren?

“Nee. (glimlacht) Misschien. Maar er is geen garantie. De Franse moraalfilosoof Vladimir Jankélévitch vat het mooi samen: muziek ontwapent de harten, op voorwaarde dat je een hart hebt. En ik weet het niet hoe het zit met de harten van Trump en van Assad, maar ik sta er nogal sceptisch tegenover. (lacht) Muziek is dus geen wondermiddel. Het is niet: ik heb een vervelende collega, ik doe hem een cd van Bach cadeau en dan komt het goed. We kunnen iemand als Trump niet beter maken door hem Bach te laten horen. Maar: mocht Trump, of wie dan ook, blootgesteld worden aan verschillende soorten muziek en mocht hij echt zijn best doen om zich af te vragen: waarom maakt men in Portugal fado, waarom zit daar zoveel tristesse in? Of: hoe is die jazz eigenlijk ontstaan, waarom betekent dat zoveel voor de zwarte gemeenschap? Dan zal muziek hem helpen om zich open te stellen naar anderen. Als je die openheid niet hebt, dan zal muziek die ook niet creëren.”

 

Voedt u uw kinderen inmiddels anders op, door wat u nu weet?

“Op school is er een koor. Wel: ik heb hen niet gevraagd of ze daar naartoe wilden, ik heb hen geïnformeerd dat ze voortaan donderdags naar het koor gaan. (glimlacht) Want een koor, dat is meer dan wat deuntjes zingen. Je leert rekening houden met elkaar en met de dirigent. Het gaat er mij niet om dat mijn kinderen muzikanten of zangers worden, het gaat er mij om dat ze die ervaring meekrijgen van samen te zingen met andere kinderen. Natuurlijk heeft dat ook te maken met mijn eigen ervaring. Toen wij in België kwamen, ben ik ook in een kinderkoor gaan zingen, met mijn twee zussen. En dat was enorm belangrijk voor mij, om te ervaren dat ik ergens bij hoorde. Om daar verder op door te gaan: ik vind het jammer dat muziek gezien wordt als een van de vele hobby's. In mijn ogen is muziek net zo belangrijk als wiskunde of taal. We leren kinderen schrijven, en sommigen van hen zullen schrijvers of dichters worden, anderen zullen niet verder komen dan het maken van hun boodschappenlijst. Maar daarvoor moet je ook kunnen lezen en schrijven. Ik denk hetzelfde over muziek: leer het aan iedereen, ook al zullen slechts sommigen ermee doorgaan. Muziek kan ons zoveel leren, als we er intenser en bewuster mee omgaan. Mocht muziek een centralere plaats krijgen in ons onderwijs, dan zou de beleving ervan helemaal anders worden.”

 

Muziek is een fundamenteel onderdeel van wie we zijn, schrijft u. Welke muziek maakt een wezenlijk onderdeel uit van wie u bent, naast dat koor van toen?

“Een componist die ik overal met mij meeneem, is Chopin. Hij is een steunpilaar in mijn leven. Je moet weten: mijn ouders hebben muziek nooit centraal geplaatst. Muziek was iets onbereikbaars. Ik dacht: als je niet vroeg genoeg met een instrument begint, dan is het te laat. Tot ik op een plaatselijke academie een meisje van zeventien Chopin hoorde spelen. Voor haar was het ook slechts een hobby, want ze ging biologie studeren. Op dat moment besefte ik: je kunt dus ook als gewone sterveling aan de piano gaan zitten? Het heeft mij zodanig ontroerd dat ik mij meteen heb ingeschreven voor pianolessen. En ik heb een piano gekocht, degene die je hier in de hoek zag staan. Met het doel om ooit zelf ook Chopin te kunnen spelen.”

 

“Daarnaast: Schubert, het lied Der Wanderer. Omdat hij daarin schrijft: Wo bist du, mein geliebtes Land? Waar ben je, mijn geliefde land? Dat is een verlangen dat ik deel met dat lied. Waar hoor ik thuis? Het is alsof ik nooit volledig kan samenvallen met een plek. Als ik in België ben, dan mis ik Polen. Of Amerika. En als ik in Polen ben, mis ik Vlaanderen. Ik ben het omgekeerde van honkvast. Ik heb constant het gevoel dat ik eropuit moet trekken en ergens een deel van mezelf moet gaan zoeken. En dat lied verwoordt die zoektocht. Uiteindelijk voel ik mij vooral thuis door mijn kinderen en mijn man. Nu zitten ze hier, in de Kempen, maar mochten ze in Londen zijn, dan zou mijn thuis daar zijn.”

 

“Het is trouwens heel grappig hoe wij ons identificeren met muziek. Hoe snel is iemand niet gekwetst als jij de muziek die hij in zijn hart heeft gesloten maar niks vindt. Zeg niet tegen een Beatlesfan: ik vind daar niets aan. Hij zal je dat kwalijk nemen. Terwijl als jij zegt: mijn lievelingseten is Italiaans, en je vriend houdt van sushi, dan zullen jullie het nog perfect met elkaar kunnen vinden. Maar een metalfan en een countryfan samenbrengen is veel minder evident. Mensen geven het ook overal mee, waar ze naar luisteren, als kenmerk van hun identiteit. Kijk maar naar datingsites. Muziek maakt deel uit van wie iemand is.”

 

U maakt zich ook zorgen over vaardigheden die we verliezen, zoals concentratie, in deze tijden waarin we continu afgeleid worden, onder meer door onze schermen.

“Ja, we zouden veel aandachtiger moeten zijn voor wat er via onze oren bij ons naar binnen komt. En waarom. Zo erger ik mij aan het feit dat er dingen naar binnen komen die ik helemaal niet wil. Muzak? Achtergrondmuziek? Ik word er gek van. Ik vraag er niet om, als ik in de lift sta of op restaurant ga. Het is alsof men mensen niet in stilte durft te laten. We zorgen er daardoor ook voor dat we allemaal heel goed zijn in níét luisteren. Doordat we zoveel prikkels krijgen, proberen we die continu weg te filteren in ons hoofd. Waardoor we, als er dan eens echte muziek is, even vaardig zijn in het wegfilteren daarvan. Weinig mensen luisteren nog écht naar muziek. We horen het, altijd en overal, en daarom grijpen we er ook niet meer voldoende bewust naar. Daardoor glipt er heel veel schoonheid door onze vingers. Maak het eens stil, en richt je écht op een muziekstuk. Dat hoeft geen opera van een paar uur te zijn, maar gewoon iets korts, van vijf of tien minuten. En luister daar dan eens met beide oren naar.”

 

Dit artikel verscheen eerder in Het Nieuwsblad Magazine van zaterdag 27 oktober 2018.